OVER ALKMAAR ONTZET

Het Beleg van Alkmaar is de belegering van de stad Alkmaar tijdens de Tachtigjarige Oorlog (1568-1648) door de Spanjaarden. Dit beleg vond plaats van 21 augustus tot 8 oktober 1573 en eindigde in een ontzet: nadat Willem van Oranje en Diederik Sonoy opdracht hadden gegeven om de dijken rond Alkmaar door te steken moest het Spaanse leger het beleg opgeven. Het Alkmaars Ontzet was een feit. Alkmaar was een van de eerste Hollandse steden die de Spanjaarden met succes hadden weten te weerstaan.

Een korte voorgeschiedenis

Vanaf 12 april 1573 besloot men in Alkmaar het vuilnis niet meer te verpachten, maar zelf te gebruiken ten behoeve van nieuwe vestingswerken. Er werd in Alkmaar naarstig gewerkt aan deze vestingwerken, naar een ontwerp van Adriaen Anthonisz. Voor de aanleg van deze hoge wallen was veel aarde, modder, vuilnis en bouwpuin nodig. Toen de Spanjaarden hun beleg sloegen waren echter alleen de bastions en wallen in het zuidwesten van de stad nog maar gereed. De vestingwerken aan de noordzijde, in 1551 aangelegd, waren nog niet verbeterd en de oostzijde van de stad lag volledig open. Daar werden tijdens het beleg de zoutketen afgebroken om ruimte te maken voor de aanleg van een stadswal. Het geplande bastion bij de Friesepoort werd in alle haast binnen de stad aangelegd, de overige stadspoorten werden volgestort met puin.

De belegering

Op 21 augustus 1573 wordt Alkmaar omsingeld en een dag later wordt de eerste aanval ingezet, waarbij aan beide zijden dodelijke slachtoffers vallen. Op 23 augustus wordt vanuit Alkmaar door Jacob Cabeliau om versterking gevraagd en verzocht om de dijken door te steken. Van 25 augustus tot en met september worden diverse schijnaanvallen uitgevoerd om de Alkmaarders in verwarring te brengen. Op 18 september gevolgd door de grote Spaanse aanval. De Alkmaarders wisten echter de Spanjaarden met kokend teer en brandende takkenbossen op afstand te houden. Op 23 september worden uiteindelijk de dijken doorgestoken waardoor Spaanse troepen in de modder blijven steken. Het keerpunt van de strijd tegen de Spanjaarden kwam op 8 oktober 1573 toen Don Frederik, zoon van Alva, zijn leger terug trok.

Chronologie van het Ontzet in 1573

Hieronder is van dag tot dag de chronologie van het Ontzet in 1573 beschreven.

Zondag 12 juli 1573

Haarlem wordt ingenomen door het Spaanse leger en komt onder Spaans gezag. Het verzwakte Spaanse leger rukt op naar Alkmaar.

Maandag 13 juli 1573

Het Geuzenleger eist de stad Alkmaar binnengelaten te worden. Het stadsbestuur voelt daar weinig voor.

Donderdag 16 juli 1573

De Geuzen liggen nog steeds voor Alkmaar. Uit het zuiden nadert het Spaanse leger. De Geuzen dringen de stad binnen. Zij forceren hiervoor vermoedelijk een van de stadspoorten. Vele burgers vluchten voor de Spanjaarden.

Zaterdag 18 juli 1573

Het Spaanse leger voelt zich nog te zwak en vertrekt richting Haarlem. Alkmaar vraagt andere steden om extra proviand en kruit.

Maandag 20 juli 1573

Er komt geen hulp van andere steden. Alkmaarders maken voorraden van gerst en rogge. Het stadsbestuur koopt zoveel mogelijk munitie.

Woensdag 29 juli 1573

Muiterij onder de Spaanse soldaten.

Woensdag 5 augustus 1573

De Spaanse soldaten krijgen extra geld. De rust is teruggekeerd en de soldaten willen weer vechten.

Vrijdag 21 augustus 1573

De Spanjaarden komen aan bij de Koedijker sluis. Ze slaan hun tenten op in Oudorp, Huiswaard, Sint Pancras, Koedijk en Bergen. Alkmaar wordt omsingeld.

Zaterdag 22 augustus 1573

De eerste Spaanse aanval bij de Runmolens aan het Zeglis om de toevoer naar de stad af te sluiten. Er sneuvelen Alkmaarse burgers. De Spaanse aanvoerder Ignatio de Medinilla wordt dodelijk gewond. De Spanjaarden bestormen de schans tussen Zeglis en de Schermer. Velen verdrinken.

Zondag 23 augustus 1573

Geuzenaanvoerder Cabeliau schrijft een brief aan Sonoy. Hierin vraagt hij om versterking en om het land rond Alkmaar onder water te zetten.

Dinsdag 25 augustus 1573

Een Spaanse schijnaanval op de Kennermerpoort om de Alkmaarders in verwarring te brengen. In de dagen hierna volgen schermutselingen en schijnaanvallen. Intussen heeft de Alkmaarse stadstimmerman Maerten Pietersz. van der Meij, met brieven verborgen in een polsstok, in Schagen Sonoy bereikt. Weer wordt hierin om hulp gevraagd.

Vrijdag 18 september 1573

De dag van de grote Spaanse aanval. Het gedonder van kanonnen is tot in Amsterdam te horen. Grote schade aan huizen en vestingwerken. De vijand valt overal aan: de Friese Poort wordt bestormd. Met een stormbrug proberen de Spanjaarden de gracht bij de Rode Toren over te steken. Ook bij de Kennemerpoort wordt een stormbrug aangevoerd. Bij de Zoutketen naderen schepen met soldaten. Het is nu erop of eronder! Vanaf de wallen wordt op de aanvallers geschoten. Mannen, vrouwen, jongens en meisjes smijten met stenen, pek, kalkwater en hete pekel naar de soldaten. Dit schrikt de Spanjaarden niet af. Driemaal wordt de Friese Poort bestormd. Aanval afgeslagen. Ook de bestorming van de Rode Toren mislukt, want de Spanjaarden krijgen de zware stormbrug niet over de gracht.

Woensdag 23 september 1573

Eindelijk geeft Sonoy de opdracht de sluizen te openen en de dijken door te steken. De omgeving van Alkmaar komt onder water te staan. Het Spaanse leger blijft in de modder steken.

Donderdag 8 oktober 1573

De laatste Spanjaard is vertrokken. Alkmaar is ontzet en viert feest!

Stedelied

Op en rond 8 oktober wordt het Alkmaars Stedelied veelvuldig gezongen. Het lied bestaat officieel uit drie coupletten, maar we zingen doorgaans alleen de eerste twee. De tekst is van Dr. J. J. de Gelder, in 1856 benoemd tot rector van het stadsgymnasium en een van de initiatiefnemers van de oprichting van de 8 October Vereeniging Alkmaar Ontzet.

Wie heeft van Alkmaar niet gehoord?
Van ‘t strijden aan de Friese poort
Voor meer dan zes maal vijftig jaren?
Voor meer dan zes maal vijftig jaren,
Toen Spanje’s lust naar Hollands bloed
Beteugeld werd door Alkmaars moed
Die doodsangst joeg in ‘s vijands scharen.
Die doodsangst joeg in ‘s vijands scharen.

Dat leert g’ uit ‘s Lands Historie:
Van Alkmaar de Victorie.
Dat leert g’ uit ‘s Lands Historie:
Van Alkmaar de Victorie.

Dirk Duivel en held Cabeljauw
Der zes maal sterker macht te gauw
En Steenwijk met zijn hand vol braven
En Steenwijk met zijn hand vol braven
Staan in de strijd als leeuwen pal
En storten Spanje van stads wal:
De Bloedvaan ligt in ‘t stof begraven
De Bloedvaan ligt in ‘t stof begraven
Dat leert g’ uit ‘s Lands Historie:
Van Alkmaar de Victorie.
Dat leert g’ uit ‘s Lands Historie:
Van Alkmaar de Victorie.

Ons Stedelied, uitgeplozen, uitgelegd en verklaard

Wie heeft van Alkmaar niet gehoord?
Van ‘t strijden aan de Friese poort,
Na het Beleg en Ontzet van Alkmaar op 8 oktober 1573 wist iedereen natuurlijk van deze doorbraak in de strijd tegen Spanje. Wie had daar niet over gehoord? Dûh! Tussen 1525 en 1550 kreeg Alkmaar een nieuwe aarden omwalling met daarin stenen torens en vier toegangspoorten. De Friese Poort in het noordoosten (bij de Friese Brug, heel goed!) was er een van. Onder dreiging van een Spaanse aanval werd besloten tot de aanleg van nieuwe verdedigingswerken, naar moderne inzichten. Toen het beleg op 21 augustus 1573 begon waren de versterkingen aan de noordzijde van de stad echter nog niet klaar. Dat wisten de Spanjaarden ook. Oudorp werd de uitvalsbasis voor de Spaanse troepen die op 18 september de grote aanval op het zwakste punt in de stadsverdediging inzetten: inderdaad, bij de Friese Poort. Slim! Echter, niet alleen voor Alkmaarders, maar ook voor de Spaanse soldaten werd 18 september de bangste dag.

Voor meer dan zes maal vijftig jaren?
Voor meer dan zesmaal vijftig jaren,
Voor meer dan? Wat bedoel je? Dit is een oude manier om te zeggen: langer dan 300 jaar geleden (zes maal vijftig). Maar het Stedelied werd al omstreeks 1860 geschreven, door de rector van het gymnasium, dr. J.J. de Gelder. Dus pas na 1873 klopte deze bewering pas (effe rekenen: 1873 minus 1573 = 300, check!). Pas in de jaren na 1873 kreeg de tekst de status van Stedelied. Inmiddels is het 2020 en maken we ons op voor de 447e herdenking en viering van Alkmaar Ontzet. Wordt het niet tijd om deze flexibele regel anders in te vullen? Wat zullen we doen? Voor meer dan acht maal vijftig jaren? Of: voor meer dan vier maal honderd jaren? Of houden we het gewoon op zes maal vijftig?

Toen Spanje’s lust naar Hollands bloed,
Beteugeld werd door Alkmaars moed.
Waren die Spanjaarden nou echt zo bloeddorstig? Nou, ja dus! Don Frederik, zoon van de hertog van Alva, leidde de strafexpeditie tegen de steden die in de Opstand de zijde van de Prins van Oranje kozen. In Mechelen, Zutphen, Naarden en Haarlem volgden op de heroveringen (tussen oktober 1572 en juli 1573) executies, plunderingen en slachtpartijen. Berucht is het Bloedbad van Naarden. En waren die Alkmaarders echt zo moedig? Echt wel! Behalve de 800 geuzen waren er ongeveer 1200 zogenaamde weerbare Alkmaarders in de stad. Maar ook vrouwen en kinderen hielpen op 18 september mee met het afslaan van de Spaanse stormloop. Moedig was zeker stadstimmerman Maarten van der Meij die als een heuse agent 072, dwars door vijandelijke linies heen, in zijn polsstok verstopte briefjes van de burgemeester bij gouverneur (van het Noorderkwartier) Diederik van Sonoy bezorgde.

Die doodsangst joeg in ‘s vijands scharen.
Die doodsangst joeg in ‘s vijands scharen.
Doodsangst bij de Spaanse soldaten? Niet echt nee. De beschieting van de stad bleek niet effectief genoeg, de bressen waren te klein, er was weinig strijdlust en veel wanorde. Zware materialen zoals kanonnen moesten door drassig land gesleept worden en bij de stadswal kregen de soldaten hete teer en pies over zich heen gestort. ‘Bekijk het maar’, dachten ze toen. Geef ze eens ongelijk.

Ons Stedelied – het refrein
Dat leert g’uit ‘s Lands Historie:
Van Alkmaar de Victorie.
Dat leert g’uit ‘s Lands Historie:
Van Alkmaar de Victorie.
Kijk, dat wilden de schrijvers van het Stedelied, De Gelder en de vaderlandslievende 19e-eeuwse geschiedschrijvers wel even gezegd hebben: ‘Ken je geschiedenis. Niet alleen maar vuurwerk afsteken op 8 oktober. In Alkmaar werd de veldtocht van Don Frederik gestopt. Victorie!’. Dirk Duivel en held Cabeljauw, Der zesmaal sterker macht te gauw, De geuzen en weerbare Alkmaarders stonden onder bevel van Jacob Cabeliau, door de Prins van Oranje benoemd tot gouverneur van de stad (nog steeds in functie overleed hij in 1574 in het Hooge Huys, waarin een gevelsteen is gemetseld die herinnert aan zijn verblijf daar). Dirk Duyvel was een watergeus die o.a. deelnam aan de inname van Den Briel. Tijdens het Beleg leek zijn naam even beschadigd te worden, maar op 18 september 1573 werd hij er toch van vrijgesproken de stad te hebben willen verlaten. Zou hij er een biertje op gedronken hebben? In ieder geval leeft zijn naam behalve in de scouting en een straatnaam voort in het nieuwste biertje van Alkmaarse bodem! Proost! Waren de Watergeuzen inderdaad een zes keer sterkere overmacht te gauw (te snel) af? Stadspensionaris Nanning Van Foreest schrijft over een Spaanse legermacht van 16.000 man. Historicus Cees Schulten heeft dat met stevige argumenten teruggebracht tot een aannemelijk aantal van 6.000. Nog steeds een drie keer sterker dan de 2.000 man geuzen en weerbare Alkmaarders, maar zesmaal sterker, nee! Vingers achter de rug kruisen dus als je deze regel zingt.

En Steenwijk met zijn hand vol braven,
En Steenwijk met zijn hand vol braven,
Coenraad van Steenwijk was net als Dirk Duyvel kapitein van de watergeuzen en diende onder Jacob Cabeliau. Beiden zouden zich, volgens getuigenissen van o.a. Van Foreest, onderscheiden hebben in de strijd bij de Friese Poort op 18 september. Over hem is verder weinig bekend.

Staan in de strijd als leeuwen pal,
En storten Spanje van stadswal:
Inderdaad. Watergeuzen en Alkmaarders stonden pal, bleven overeind, vooral op de bangste dag. De Spanjaarden waren niet opgewassen tegen de onverzettelijkheid van de verdedigers op de stadsmuur. Op het schilderij van Hilverdink in het Stedelijk Museum Alkmaar is te zien hoe Spaanse soldaten teruggeslagen worden. O.a. door in de 17e en 18e eeuw verzonnen nieuwe helden zoals Trijn Rembrands en Kitman. Trijn zou als een vent gevochten hebben en Kitman zou met een slag van zijn zwaard de benen van een Spaanse vendeldrager (vlaggendrager) afgehakt hebben.

Ons Stedelied – het slotakkoord
De Bloedvaan ligt in ‘t stof begraven.
De Bloedvaan ligt in ‘t stof begraven.
De bloedvaan of bloedvlag werd in de strijd te land en ter zee gebruikt als aanvalsvlag en sein voor bepaalde tactische handelingen. Meestal was deze rood omdat die kleur opvalt. Anderen beweren dat deze kleur gekozen was omdat een aanval meestal met veel bloedvergieten gepaard ging. Na de strijd bij de Friese poort op 18 september zal er heus wel hier een daar een achtergebleven zijn, bedekt met een laagje stof van de kapotgeschoten verdedigingswerken. Hier is de uitdrukking vooral als beeldspraak gebruikt. Spanje, Spanje, alles ist vorbei! Ofwel…España todo esta terminado.

 

Link naar traditionele versie van het Stedelied
https://www.youtube.com/watch?v=j6rZuoROhIY
versie Vive les Gieux – zichtbaar in beeld